We kwamen zondag 22 december aan, lichtelijk vermoeid van de lange reis. We pakten uit en doken daarna meteen het warme water in.

 

Het plan was om zondag en maandag alle inkopen te doen en ten laatste dinsdag voormiddag koers te zetten richting de Zapatillas en Blue Fields. Een paar andere families gingen meezeilen, maar een voor een gaven ze verstek: de Canadezen wachtten op hun nieuw mainsail, de Ketchy Shuby’s hadden een diesellek en wachtten op vervangstukken.

 

Eindeloze regen op kerst

Wij hadden dus proviand ingeslaan voor een hele week, en vertrokken op 24 december op een zachte wind richting de Zapatilla eilanden. Mama had ons verteld dat de ‘omhoog’knop van de anchor winch net kapot gegaan was. Arthur had nieuwe knoppen besteld, maar die moesten van ver komen, dus werden wij ingeschakeld om de ankerketting met de hand omhoog te sleuren… Zo waren we meteen al wakker. Mama moest dan snel de snubber inhaken als we moe werden, anders ratelt de hele boel gelijk weer naar beneden (dat maakten we 1 x mee en vonden we niet voor herhaling vatbaar!)

 

We werden elk om beurten achter het stuur gesteld. We hadden goede wind tot Crawl Cay en besloten daar te blijven voor de namiddag en nacht.

Het is immers een leuke snorkelplek. We zochten al ons snorkelgerief bij elkaar en maakten ons klaar. Ons eerste idee, om de kayak mee te nemen als grote boei, bleek niet zo geslaagd want er stond een supersterke stroming. We kropen dus met zijn allen in de kayak en peddelden naar t midden van de baai. Mama bleef op de kayak op uitkijk. In november werd er een spearfisherman overreden door een watertaxi. Hij overleefde zijn verwondingen niet, dus we nemen geen risico meer. We zagen een boel koraal en de gewone rifvissen. We zagen ook van die rare worm vissen met blauw en groene kleur die verticaal en achterwaarts in hun holletje zwommen.

Op kerstdag zat t weer echt niet mee… De wind zat verkeerd om naar de Zapatillas te gaan en het zag er druilerig uit, overal grijs, geen enkel plekje blauw… We besloten in Crawl Cay te blijven omdat we daar beschermd lagen tegen wind en grote golven. Ons kerstkado was regen in alle maten, kleine drupjes, grote vette druppels, de zondvloed,… Maar de regen is hier warm, dus na ons ontbijt besloten we om het dek te poetsen tijdens één van die plensbuien en gelijk ook van een lekkere douche te genieten.

Daarna was het tijd voor warme koffie en film en spelletjes spelen. Gezellig en meer zoals een traditionele binnendeurse kerst dan verwacht. Gemoedelijk en snoezig, family time! Rond 15u was het tijd om aan de kerstmaal voorbereidingen te beginnen: potjiekos! Een hele hoop lokale runderrib, even gemarineerd in een speciaal mengsel van de chef, en dan met een boel verse groenten voor enkele uren zacht geprutteld in een gietijzeren pot. Wij stonden in voor de kerstversiering.

 

Het was overheerlijk en het was een fijne avond. We aten tot we geen puf meer konden zeggen: voor…. en na….

 

 

Wonder boven wonder: dolfijnen in Dolphin bay

Het weer was nog steeds niet beter, dus het had weinig zin om naar Zapatillas en Blue Fields te gaan. We zeilden wel naar Dolphin Bay. Net als vorige keer mochten we elk om beurt sturen en raakte Arthur overtuigd van de vele voordelen van zijn nieuwe ‘door-havermout- aangedreven autopiloot’. Bij het binnenvaren van Dolphin Bay zagen we, wonder boven wonder, dolfijnen!

 

   

We verkenden de baai wat verder en ankerden niet zo ver van het kleine dorpje, of hoe je t ook wil noemen, een plaats met een paar huisjes.

   

We kregen een flinke bui over ons hoofd. Geen beter moment om te vissen, dacht Arno. Hij hoopte dat daardoor de vissen beter zouden bijten. Helaas!

S’nachts zagen we superveel fluorescerende algae in het water. Heel mooi, al die pinkeltjes. En als het regent valt het nog meer op, net alsof de zee led verlicht is.

De volgende dag zagen we opnieuw dolfijnen, en gingen we verder op verkenning in de omliggende baaien. De kaarten voor dat gebied kloppen helemaal niet, het is meestal heel wat dieper dan aangeduid.

 

We gingen op zoek naar nieuwe koraalriffen om te duiken en misschien een vis te schieten. We vonden er eentje en ankerden voorzichtig voor een paar uur. We namen weer de kayak mee voor het geval dat de watertaxis in de buurt zouden komen en zaten elk om beurt 20minuten op uitkijk. We zagen 2 inktvissen wegzwemmen en een miniscuul drumvisje.

Na de lunch en de duik lichtten we anker om verdere baaien en inhammen te verkennen en een toffe ankerplek te zoeken. De zee was echter meer onstuimig aan die kant, wat de zichtbaarheid niet ten goede kwam. Een paar keer kwamen we onaangenaam dicht bij ondiep rif. Na een paar schrikwekkende pogingen hielden we het voor bekeken. De weerscondities waren niet juist. Op naar ander en beter. We besloten dan maar verder te zeilen naar onze duikplek dichtbij Solarte.

Yoren wou graag voor een nachtduik gaan, maar dat werd hem ten strengste verboden door Arthur. Arthur had 3 weken voordien op exact dezelfde plek een dikke vette bullshark gezien. Die staan gekend voor hun agressief en onvoorspelbaar gedrag, zeker als het water wat troebel is (zoals na hevige regen).

De volgende ochtend was t weer opnieuw niet zo fantastisch, dus besloten we terug te keren naar de gewone ankerplek tussen Isla Colon en Cayo Carenero, en een fietsuitstapje te maken naar Bluff beach.

Intussen waren ook de vervangknoppen voor de anchorwinch controle aangekomen. Groot was Arno’s verrassing toen bleek dat de ‘pedal switch’ niks met fietstrappers te maken hadden ;-). Het waren gewoon voetknopjes! Yoren hielp Arthur mee om die te installeren. He he, gedaan met aan de ankerketting sleuren…

Bluff…

De fietstocht was net zoals vorige keer, een avontuur op zich. Eerst op de beton, dan op zandweg langs het strand, op en neer door de plassen. Mama, Arthur en Gitane deden dezelfde weg 2 weken voordien en zaten op bepaalde plekken met de fiets halfweg in het water, dus na alle regen van de afgelopen dagen dachten we dat we ook in moddervarkentjes gingen veranderen, maar uiteindelijk viel het nog goed mee. Er waren plassen, putten en dalen, maar niks te extreem…

 

Toen we aankwamen in Bluff had Arno eerst niet veel zin om er in te duiken vanwege de grote golven maar toen de reusachtige golven nog niet even groot waren als de vorige keer sprongen we er in. Het was super leuk!

Kortom werd onze zwembroek gewassen, onze neus gereinigd en werd ons een full body scrub gegeven. Achter een tijdje hadden we er wat genoeg van, althans voor even. We bewonderden mama en Gitane hun muur tekeningen.. We hadden ook een dam gebouwd aan het riviertje dat naar de zee stroomt maar wel af en toe een wederkerende golf had waardoor de dam soms lichtjes geraakt werd.

 

Toen we weer zin hadden om het zand van de bodem te eten gingen we terug in de zee en hadden veel pret tot het begon met regenen en de wandeling van mama en Arthur een beetje te lang duurde. We kwamen erachter dat ze stiekem een drankje zaten te drinken!

 

We besloten terug op de fiets te kruipen en te kijken of alles in orde was met Exodus, want het leek alsof er een mooie storm op komst was….

Toen we ons door de grote plassen en regen terug aan het worstelen waren, bleven we ondanks alles gaan. Of Yoren en Arthur in ieder geval! Arno moest stoppen omdat zijn ketting er van lag. En omdat het een ander systeem was dan hij gewend was lukte het niet dus hielp mama hem maar het lukte niet snel genoeg. Intussen was Arthur teruggekeerd en klaarde snel de klus. Toen we op een smal stuk weg fietsten kwam er een wegpiraat op quad bike aangestormd. Die wou het busje perse voorbij steken en reed daar bijna Arthur en Gitane mee omver.

Gitane zat achterop bij Arthur. Na een paar verwensingen gingen we uiteindelijk terug op weg om de doodsrijder op te zoeken, we wisten dat hij van de Flying Pirates bij Skullies kwam… Eenmaal op Skullies aangekomen zeiden mama en Arthur dat we maar iets moesten gaan spelen en desnoods in het water gaan ofzo. Na een hartig woordje gesproken te hebben met de wegpiraat vertrokken we naar Bocas town, om terug te keren naar Exodus.

En zo zat onze eerste week er meteen op.