De eerste surfles

Bocas del Toro is al sinds de jaren 60 bekend bij de surfers. Dus dat moesten wij ook eens proberen. Maar omdat we dat nog nooit gedaan hebben, en de omgeving hier nog niet kennen, volgden we eerst les bij Escuela del Mar.

 

Onze leraar noemde Leo, een Latijns-Amerikaan, die vrij goed Engels sprak (wel met een accent, de eerste keer dat hij het had over paddling verstonden we hem echt niet). Het was de max. We moesten eerst op het land oefenen door op een surfbord te gaan liggen en de juiste manier van rechtstaan te oefenen. Je mag bijvoorbeeld nooit naar beneden kijken, altijd mooi vooruit anders rol je onderste boven. Om te peddelen moet je je handen tot kommetjes maken en blijven doorgaan. Als Leo ‘paddle’ zegt moeten wij peddelen en bij ‘up’ moeten we op de juiste manier op ons bord springen. De truc is om meteen stabiel te staan, in handensteun met benen gespreid, de hiel in de poep en van daaruit recht te komen. En niet vergeten om vooruit te staren!

   

Terwijl wij aan het oefenen waren pakte Leo de surfborden en werden we met de motorboot naar de surfplek gevoerd. Leo toonde ons welke golven te nemen en waar. Hij gaf ons een zetje bij de juiste golf. Na wat oefenen konden we op de golven surfen. De tweede keer proberen lukte het al om recht te blijven staan. Sommige golven waren gigantisch wat er voor zorgde dat als we terug gingen we helemaal gedoopt waren.

Mama bekeek alles vanop afstand met de verrekijker. Arno kwam meestal redelijk voorzichtig recht en probeerde een aantal coole poses uit op zijn bord om dan in het water te belanden. Yoren sprong telkens recht en reed de hele golf uit met een blik ‘en wat nu?’ Het anwoord was, heel lang terugpeddelen! Hoe te zigzaggen over de golven vraagt waarschijnlijk toch heel wat meer lessen. Maar al met al was het super tof dat we bij onze eerste keer al zoveel golven konden besurfen.

Het gevoel dat je krijgt door op het surfbord te staan? Dat is niet gemakkelijk te beschrijven. Maar we zullen proberen. Als je rechtstaat op je bord middenin de golf heb je een gevoel van blijdschap doordat het is gelukt. Op het einde van de les deed Leo een handenstand op z’n bord. Dat was leuk om te zien.

Black Rock – Surfboard huren

Na onze eerste surfles was veel oefening aanbevolen. Aan de achterkant van Cayo Carenero is een ideale surfplek voor beginners, Black Rock. Dat is op ongeveer 25 minuten wandelen van de marina. Daarvoor moet je door het Indianen dorp dat eigenlijk in het moeras deel van het eiland ligt.

   

De huisjes daar zijn ook uit hout op stilten gebouwd, maar doordat het moeras is, ligt er veel vies water langs de kanten waarin een hoop plastiek afval drijft. De Indianen hebben het recycleren nog niet ontdekt en gooien alles wat ze niet meer nodig hebben gewoon naast hun huis. Er liggen in het dorp op veel plaatsen bergjes plastiek en groot afval waar niemand zich lijkt aan te storen. Het ziet er vies uit, maar de plassen zitten wel vol met kikkervisjes dus naast de rommel is het niet echt vervuild. Ze zijn in het dorp volop bezig met sanering en drainage, dus overal afvoerpijpen aan het leggen en diepe gebetoneerde putten voor afvalwater aan het steken.

Eens het dorp gepasseerd kom je aan het mooie, jungle deel van het eiland en wandel je verder tot het surfstrand. Van daar is het 10 minuutjes zwemmen om naar de surfplek te geraken.

   

We huurden een surfboard voor 7 dagen zodat we konden oefenen. Het eerste surfboard dat we huurden was te klein maar het tweede was groot genoeg. Pepijn probeert mee te surfen, zonder les en meteen op een te klein bord, dus het gaat niet makkelijk. We hebben een speciale manier van surfen. Dat is 1 iemand kan gaan surfen terwijl de andere met het bodyboard dobberen. En dan wisselen we bijvoorbeeld Arno zat eerst op het surfbord en dan ging Pepijn en dan Yoren.

Bij ons lukt het surfen al redelijk. Het bord is vooral ok voor Arno (de kleinste van de 3) waardoor Arno heel goed leek. Maar dat viel eigenlijk wel goed mee hoor. Yoren was iets beter dan Arno. Arno kreeg ook telkens tips van al veel betere surfers, die aan het mee-supporteren zijn en hem onder hun hoede nemen. Ze noemden hem ‘querido’ (darling, liefje) en ‘nino’ (jongen). We hebben ook een paar speciale surftermen zoals “de wasmachine” en dat wil zeggen dat je helemaal overgeflipt en een paar keer rondgedraaid wordt om “gewassen”te worden.

De wandeling naar het surfstrand is ook iedere keer weer een avontuur. Je weet nooit door hoeveel water je zal moeten stappen of wat je onderweg tegenkomt. Zo zagen we op een dag een lange dunne zwarte slang met een gele buik die van onder het hek van een huis kroop recht in Arno’s richting. Eigenlijk wou de slang gewoon de weg oversteken en kwam Arno als laatste af. Arno moest dus een beetje terugkeren om de slang plaats te geven het aardepad over te steken. Ze kronkelde voort tot aan een oude mangoboom. Cool om te zien hoe ze haar lijf om de planten kronkelde en zo naar omhoog klom. Terug op de boot zochten we het type op. We lazen dat er veel slangen zijn in Panama, waarvan 27 soorten giftig zijn. De onze was ook giftig, een Mussurana. De lokale mensen noemen haar Cayuta.

Een andere keer zagen we grote zwarte kippen tussen de cabanas van het Buccaneer Hostel. Toen we dichter kwamen zagen we echter dat het zwarte gieren waren! Er zijn hier dus kalkoengieren (zwart met rode kop), zwarte gieren, fregatvogels en veel pelikanen. Foto’s met dank aan Pepijn en zijn bazooka camera lens!

   

Arno heeft ook de gewoonte om op terugweg een kokosnoot op te pikken en die dan op een platte steen te leggen en daar dan een grote steen op te smashen. Dan eten we ze met zijn allen op.

Surfen

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *